Klaslokaal regels
Onze klaslokaal regels zijn voor iedereen die het klaslokaal betreedt, waaronder kinderen, ouders en leerkrachten::
- we zijn respectvol tegen iedereen en we praten met elkaar op een gepaste manier,
- we luisteren naar anderen,
- we wachten op onze beurt,
- we lopen en rennen niet in de klas,
- we spelen voorzichtig, duwen niet en schreeuwen niet,
- we spelen lief en delen met anderen,
- we helpen met het opruimen, ook voordat we met iets anders spelen,
- we zeggen 'bedankt' en 'alsjeblieft' als we iets vragen of krijgen.
We raden aan om eventuele bezorgdheden, klachten of opmerkingen te bespreken met de groep teamleider van het kind buiten de klas en niet in het bijzijn van de kinderen.
Aanpak van de leerkracht om de discipline in de klas te handhaven
Kinderen ontwikkelen hun gevoel van goed en fout in bijna elke actie die ze ondernemen. Ze testen hun grenzen, verkennen hun omgeving en ontdekken hoe ze met anderen kunnen omgaan. We geloven dat routines en regels in de klas helpen kinderen om te leren welk gedrag al dan niet aanvaardbaar is.
Onze aanpak voor discipline in de klas omvat het opstellen van regels en routine en het voortdurend invoeren ervan. Naarmate de kinderen gewend raken aan de regels, zullen we beperkte disciplineproblemen ondervinden.
We moedigen goed gedrag aan en laten de kinderen weten wanneer ze iets aardigs of goeds doen. We laten de kinderen weten dat we trots op hen zijn door hen dit te vertellen en we belonen de kinderen met lieve woorden, knuffels en soms stickers.
Onze aanpak om met slecht gedrag om te gaan is gebaseerd op verschillende stappen. Eerst geven we een waarschuwing. Daarna volgt een tweede waarschuwing, maar we leggen uit aan het kind dat een derde waarschuwing een time-out betekent. Ten laatste geven we het kind een time-out door hem/haar uit de situatie te halen waarin de laatste waarschuwing werd gegeven. Als we aankomen op de plaats van time-out bespreken we de situatie en leggen we deze uit aan het kind, en vragen hen om na te denken over de situatie. Wanneer de time-out voorbij is, praten we met het kind en kan hij/zij verdergaan met de activiteiten waarmee hij/zij bezig was.
We geloven dat deze procedure de kinderen helpt goed van fout te onderscheiden.